Derde deel van de Ethica:
|
Vertaling
Definitie 10. Toewijding is liefde jegens iemand die we bewonderen.
Uitleg: wij hebben in 3p52 aangetoond dat bewondering ontstaat uit de nieuwheid van iets. Indien het bijgevolg zo is dat wij ons vaak inbeelden wat wij bewonderen, houden wij op het te bewonderen; en zo zien we dat de gemoedstoestand van toewijding gemakkelijk kan vervallen in gewone liefde.
Definitie 10. Toewijding is liefde jegens iemand die we bewonderen.
Uitleg: wij hebben in 3p52 aangetoond dat bewondering ontstaat uit de nieuwheid van iets. Indien het bijgevolg zo is dat wij ons vaak inbeelden wat wij bewonderen, houden wij op het te bewonderen; en zo zien we dat de gemoedstoestand van toewijding gemakkelijk kan vervallen in gewone liefde.
Latijnse tekst
X. Devotio est amor erga eum quem admiramur.
EXPLICATIO: Admirationem oriri ex rei novitate ostendimus propositione 52 hujus. Si igitur contingat ut id quod admiramur sæpe imaginemur, idem admirari desinemus atque adeo videmus devotionis affectum facile in simplicem amorem degenerare.
X. Devotio est amor erga eum quem admiramur.
EXPLICATIO: Admirationem oriri ex rei novitate ostendimus propositione 52 hujus. Si igitur contingat ut id quod admiramur sæpe imaginemur, idem admirari desinemus atque adeo videmus devotionis affectum facile in simplicem amorem degenerare.
Toelichting
Definitie 10. In scholium 3p52s staat devotio of toewijding omschreven als liefde gekoppeld aan bewondering of eerbied. Eerbied was dan weer de bewonderende verwondering over de goede eigenschappen van iemand die ons daarin ook overtreft. Spinoza laat die eerbied hier onvermeld en houdt het bij de bondige definitie: toewijding is de liefde jegens iemand die we bewonderen. Maar verwondering en dus ook bewondering is een houding die gesteund is op de originaliteit van iets, het feit dat het ongewoon is, uitzonderlijk, ongezien en zonder vertrouwde context. Dat betekent dat aan die verwondering en dus ook aan de bewondering een einde zal komen wanneer het voorwerp daarvan meer vertrouwd wordt omdat wij het herhaaldelijk ontmoeten. Het verwerft daardoor immers een eigen context waarin het voorkomt en krijgt niet meer onze exclusieve aandacht en nieuwsgierigheid. Familiarity breeds contempt. Maar de goede kwaliteiten blijven natuurlijk bestaan en die zullen dan aanleiding geven tot wat Spinoza ‘gewone’ liefde noemt (simplex amor), die niet meer gekoppeld is aan bewondering of eerbied.
Definitie 10. In scholium 3p52s staat devotio of toewijding omschreven als liefde gekoppeld aan bewondering of eerbied. Eerbied was dan weer de bewonderende verwondering over de goede eigenschappen van iemand die ons daarin ook overtreft. Spinoza laat die eerbied hier onvermeld en houdt het bij de bondige definitie: toewijding is de liefde jegens iemand die we bewonderen. Maar verwondering en dus ook bewondering is een houding die gesteund is op de originaliteit van iets, het feit dat het ongewoon is, uitzonderlijk, ongezien en zonder vertrouwde context. Dat betekent dat aan die verwondering en dus ook aan de bewondering een einde zal komen wanneer het voorwerp daarvan meer vertrouwd wordt omdat wij het herhaaldelijk ontmoeten. Het verwerft daardoor immers een eigen context waarin het voorkomt en krijgt niet meer onze exclusieve aandacht en nieuwsgierigheid. Familiarity breeds contempt. Maar de goede kwaliteiten blijven natuurlijk bestaan en die zullen dan aanleiding geven tot wat Spinoza ‘gewone’ liefde noemt (simplex amor), die niet meer gekoppeld is aan bewondering of eerbied.