Vertaling
Axioma 6. Een waar idee moet overeenstemmen met datgene waarvan het het idee is.
Axioma 6. Een waar idee moet overeenstemmen met datgene waarvan het het idee is.
Latijnse tekst
VI. Idea vera debet cum suo ideato convenire.
VI. Idea vera debet cum suo ideato convenire.
Toelichting
Axioma 6 is weer een evidentie. Je hebt een zaak en je hebt een idee van die zaak; de zaak is niet het idee en het idee is niet de zaak, er is dus een verschil. Een idee kan waar zijn of onwaar. Het is klaarblijkelijk waar als het bij die ene zaak hoort, en niet bij een andere en als het weergeeft wat en hoe die zaak is, dus als het ermee overeenkomt of convenieert (convenire), als het ermee in overeenstemming is. Als er geen overeenkomst is tussen een idee en datgene waarvan het het idee is (het ideatum), is het ofwel het idee van iets anders, of geeft het een onvolledig of verkeerd idee van zijn ideatum, van de zaak dus, en dan is dat geen waar idee maar een onwaar of vals idee. Met dat axioma blijkt nogmaals dat er in het universum duidelijk (ten minste) twee aspecten zijn: de zaak en haar idee oftewel het zijn en het kennen of het denken. Ook dat hoeft geen betoog, tenzij men een van beide ontkent: als men ontkent dat er zaken zijn, wordt alles louter idee en komen we terecht in een wereld die enkel bestaat in de gedachten van wie de ideeën heeft; sommige filosofen zijn die mening toegedaan en op louter logische gronden is het niet eenvoudig om die opvatting te ontkrachten. Het is immers denkbaar dat de ideeën niet van de zaken komen die wij waarnemen, maar dat de ideeën de oorzaak zijn van de zaken, dat wij ze letterlijk bedenken. Dat is ten minste in zekere mate inderdaad zo: de zaken worden maar wat ze zijn in zoverre ze als dusdanig erkend worden door de ideeën van de waarnemer. De epistemologie onderzoekt precies de band tussen beide, maar dat is een ander verhaal, dat pas vanaf het tweede deel aan bod komt. Als men integendeel ontkent dat er ideeën zijn, wordt de wereld herleid tot pure materie en is er geen kennis mogelijk, maar dat, zo zou Spinoza zeggen, is absurd.
Axioma 6 is weer een evidentie. Je hebt een zaak en je hebt een idee van die zaak; de zaak is niet het idee en het idee is niet de zaak, er is dus een verschil. Een idee kan waar zijn of onwaar. Het is klaarblijkelijk waar als het bij die ene zaak hoort, en niet bij een andere en als het weergeeft wat en hoe die zaak is, dus als het ermee overeenkomt of convenieert (convenire), als het ermee in overeenstemming is. Als er geen overeenkomst is tussen een idee en datgene waarvan het het idee is (het ideatum), is het ofwel het idee van iets anders, of geeft het een onvolledig of verkeerd idee van zijn ideatum, van de zaak dus, en dan is dat geen waar idee maar een onwaar of vals idee. Met dat axioma blijkt nogmaals dat er in het universum duidelijk (ten minste) twee aspecten zijn: de zaak en haar idee oftewel het zijn en het kennen of het denken. Ook dat hoeft geen betoog, tenzij men een van beide ontkent: als men ontkent dat er zaken zijn, wordt alles louter idee en komen we terecht in een wereld die enkel bestaat in de gedachten van wie de ideeën heeft; sommige filosofen zijn die mening toegedaan en op louter logische gronden is het niet eenvoudig om die opvatting te ontkrachten. Het is immers denkbaar dat de ideeën niet van de zaken komen die wij waarnemen, maar dat de ideeën de oorzaak zijn van de zaken, dat wij ze letterlijk bedenken. Dat is ten minste in zekere mate inderdaad zo: de zaken worden maar wat ze zijn in zoverre ze als dusdanig erkend worden door de ideeën van de waarnemer. De epistemologie onderzoekt precies de band tussen beide, maar dat is een ander verhaal, dat pas vanaf het tweede deel aan bod komt. Als men integendeel ontkent dat er ideeën zijn, wordt de wereld herleid tot pure materie en is er geen kennis mogelijk, maar dat, zo zou Spinoza zeggen, is absurd.