Derde deel van de Ethica:
|
Vertaling
Definitie 23. Nijd is haat in zover die ons zo beroert dat wij door het geluk van anderen bedroefd worden en ons integendeel verheugen over het onheil van anderen.
Uitleg: nijd stelt men meestal tegenover mededogen; dat laatste kan men vandaar als volgt definiëren, hoewel de betekenis van het woord zich daartoe niet leent.
Definitie 23. Nijd is haat in zover die ons zo beroert dat wij door het geluk van anderen bedroefd worden en ons integendeel verheugen over het onheil van anderen.
Uitleg: nijd stelt men meestal tegenover mededogen; dat laatste kan men vandaar als volgt definiëren, hoewel de betekenis van het woord zich daartoe niet leent.
Latijnse tekst
XXIII. Invidia est odium quatenus hominem ita afficit ut ex alterius felicitate contristetur et contra ut ex alterius malo gaudeat.
EXPLICATIO: Invidiæ opponitur communiter misericordia quæ proinde invita vocabuli significatione sic definiri potest.
XXIII. Invidia est odium quatenus hominem ita afficit ut ex alterius felicitate contristetur et contra ut ex alterius malo gaudeat.
EXPLICATIO: Invidiæ opponitur communiter misericordia quæ proinde invita vocabuli significatione sic definiri potest.
Toelichting
Definitie 23. Wij spreken van nijd wanneer wij iemand zo fel haten dat wij ons zelfs verheugen over het onheil dat die andere overkomt; leedvermaak is daarvan slechts een lichte vorm, die dichter aanleunt bij de spot dan bij echte haat. Maar het is eveneens nijd wanneer het geluk van anderen ons bedroeft en onze haat nog aanwakkert.
Definitie 23. Wij spreken van nijd wanneer wij iemand zo fel haten dat wij ons zelfs verheugen over het onheil dat die andere overkomt; leedvermaak is daarvan slechts een lichte vorm, die dichter aanleunt bij de spot dan bij echte haat. Maar het is eveneens nijd wanneer het geluk van anderen ons bedroeft en onze haat nog aanwakkert.